Over de rol van ethici en hun expertise worden vaak vragen gesteld. Hebben ethici nut en brengen ze meer dan een gemiddeld burger zou doen? Wat is precies deze ethische expertise? Deze vraag staat centraal in het boek Ethiek in discussie, praktijkvoorbeelden van ethische expertise. Vooral in de medisch en wetenschappelijke hoek hebben ethici toenemende invloed (ethische toetsingscommissies voor wetenschappelijk onderzoek, regionale toetsingscommissies euthanasie). In het boek wordt naar een rechtvaardiging gezocht voor deze invloed. Aangezien ook veelal juristen in dergelijke commissies zitten, is het boek alleen al daarom voor deze juristen interessant: het geeft inzicht in hun ethische gesprekspartner.
Ondanks dat in de bundel in het bijzonder bijdragen te vinden zijn van ethici met een bio-medische achtergrond (het boek is het resultaat van een symposium van de Nederlandse Vereniging voor Bio-ethiek) heeft het vierde deel ook voor docenten/trainers in de ethiek zijn waarde. In deel IV zijn namelijk vijf hoofdstukken gewijd aan het geven van ethiekonderwijs. Het is interessant om te lezen welke doelen de verschillende auteurs stellen voor ethiekonderwijs:
Ambachtelijke ethiek (M. Hilhorst, hoofdstuk 16)
Met specifieke vraagstukken uit de praktijk als uitgangspunt stelt Hilhorst de ethische reflectie voorop in het ethiekonderwijs. Hierbij behoort ook het verbeeldingsvermogen van de student aangesproken te worden. Ethiek is wel meer dan het enkel overdragen van kennis en het hebben van bepaalde reflectieve vaardigheden. De reflectie moet a.h.v. zorgvuldige argumentatie en conceptuele analyse tot doel hebben de praktijk verder te helpen. Studenten moeten komen tot inzicht en helderheid. De eigenheid van het vak moet daarbij niet vergeten worden, zo stelt Hilhorst.
Mores leren...?! (M. van den Hoven, hoofdstuk 17)
Van den Hoven is scherper en duidelijker dan Hilhorst en geeft direct aan waarop het ethiekonderwijs zich moet richten: een professional moet voldoende bagage krijgen in de opleiding om in de toekomstige praktijk ethische vraagstukken te herkennen, benoemen en waar mogelijk te hanteren.Van de professional wordt (daarnaast?) verwacht dat hij of zij een morele identiteit ontwikkelt en verantwoordelijkheden en grenzen leert stellen. Hierbij moeten ook bruggen worden geslagen naar de samenleving en professie en moet worden bijgedragen aan academische vaardigheden zoals kritische reflectie. Van den Hoven geeft terecht aan dat dit allemaal niet behaald kan worden binnen het tijdsbestek dat ethiek vaak toebedeeld krijgt. Een interessant onderzoeksthema an sich?
Beginnen aan de basis (M. Waling-Huijsen e.a., hoofdstuk 18)
Het artikel "Beginnen aan de basis" gaat niet in op specifieke leerdoelen van ethiekonderwijs maar behandelt enkel een specifiek onderdeel: het bespreken van ethische dilemma's. Professionals hebben in hun werk hier nu eenmaal regelmatig mee te maken. Achtergrond hiervan is het uitgangspunt dat het belangrijk is dat zorgverleners zich bewust blijven van de ethische component van het werk. Dit raakt het herkennen van en het omgaan met de ethische dimensie van het professioneel handelen. Om hiertoe te komen, wordt een specifiek reflectiemodel gehanteerd (niet te verwarren met een stappenplan). Een interessant hoofdstuk. Meer informatie is te vinden via deze site.
Ethicus gevraagd! Verschillende rollen en expertise van ethici (I. Bolt, hoofdstuk 19)
Veel ethici, zo stelt Bolt, benadrukken het belang van conceptuele analyse en argumentatie. Het doel in het ethiekonderwijs is echter om de student een moreel gezichtspunt in te laten nemen, hiermee verwijzend naar de ideeën van de filosoof Kymlica (p. 195). "Dit perspectief kenmerkt zich door een notie van respect voor personen: alle mensen zijn in en op zichzelf van belang oftewel elk mens doet ertoe". Dit moet niet worden verward met het aanleren van een bepaalde attitude. Het verantwoorden met redenen die voor iedereen aanvaardbaar zijn, is belangrijk voor professionals die later ook een bepaalde macht zullen gaan krijgen. Het doet ertoe hoe goed het leven is van anderen en als beslissingen van professionals gevolgen hebben voor hun welzijn dan moeten we ons hiervoor verantwoorden: taking morality serious, requieres taking people seriously. Ook een interessant bijdrage.
Paradigma's voor het ethiekonderwijs in de artsenopleiding (R. Houtepen, hoofdstuk 20)
Het hoofdstuk geschreven door Houtepen is het meest kritisch van aard. Houtepen zet zich af tegen het expertisemodel. Dit is het model waarbij de ethicus-docent zich met name bezighoudt met correct argumenteren en redeneren binnen een problem-solving context. Hier tegenover stelt Houtepen een pragmatisch model. Dit model laat de docent de nadruk leggen op de praktische context van de beroepsuitoefening, de bredere rechtvaardiging daarvan en de eventuele spanningen daarbinnen. Hierbij staat niet de oplossing maar staat meer het zoeken voorop. Of er nog veel ethici zijn die geloven in het probleemoplossende karakter van hun vakgebied (methode) valt echter anno 2011 nog te bezien.
Samenvattend
De meeste schrijvers benadrukken de reflectieve aard van het vak. De docent-ethicus moet de studenten laten nadenken over hun (toekomstige) professionele handelen. Van den Hoven ziet in dat de omgeving eigenlijk nog veel meer wil maar dat hier in de praktijk geen ruimte voor is. In bovengenoemde hoofdstukken over ethiekonderwijs is voor de moraliserende ethicus (de guidance-giver) weinig plaats en wordt met name de professional als de reflecterende beroepsbeoefenaar als onderwijsdoel omarmt. Het gebrek aan verdere verdieping over het wel of niet moraliseren is direct het grootste gebrek van dit deel van het boek. In zuinige bewoordingen komt het benoemen van, laat staan het / de ander aanspreken op, verantwoordelijkheden terug. Reflectie bij dilemma's staat voorop.
Er zijn filosofen/psychologen/sociologen die een andere mening zijn toegedaan en die juist vinden dat ethici - of meer in het algemeen docenten aan beroepsopleidingen - ook moeten bijdragen aan karakterontwikkeling. Eerlijkheid, deugdzaam, fatsoenlijk gedrag: dat is wat de student qua ethiek moet worden aangeleerd. Om in een populair beeld uit te drukken: is de economische crisis nu ontstaan door een tekort aan reflectie of door immoreel (graai) gedrag waar we eigenlijk weinig reflectie voor nodig hebben? En leidt de nadruk op het argumenteren niet juist tot het relativistische wereldbeeld dat studenten later zal aanzetten tot immoreel handelen? Uit onderzoek blijkt dat het laatste niet het geval is. Veel ethici zullen daarnaast aangeven dat zij als uitgangspunt hanteren dat het zich laten handelen naar maatschappelijk normen niet de taak is van de ethicus (eerder tegenovergesteld?) maar van een gehele beroepsopleiding.
Daarom twee stellingen n.a.v. het boek:
1. Bij het college privaatrecht wordt de student aangesproken dat hij te laat is; bij ethiek wordt achterhaald waarom dit zo: waarom past te laat komen niet de student in geval x?Of geldt:
2. Bij het college privaatrecht wordt de student aangesproken dat hij te laat is; bij ethiek leert de student hoe hij hier verantwoording voor moet nemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten